jour I

Virtueel museumbezoek

maandag 6 april 2020

//22:00
Eerste aanraking met een virtuele musea.

//22:01
Een kijk op mezelf.

//22:03
Digitale media groeit sneller dan de natuur.

//22:08
Verlangen naar aanraking maar er niet bij kunnen komen.

//22:15
Het is een kleine, besloten ruimten. Ontsnappen is moeilijk.

//22:20
Omringd door de naaktheid.

//22:25
Voordat ik het wist, raakte ik verdwaald in deze virtuele musea.
Ik kwam onbewust een aantal keren op het zelfde punt uit.

//22:32
Ik ben gefascineerd door het interieur, de kleine details, de lampen, kijken naar alles behalve het werk dat in het museum hangt.

//22:35
Een realiteit en fantasie tegelijkertijd.

//22:42
Een strijd, laatste beetje energie. Uiteindelijk overwonnen, maar kapot. Niet meer in staat zijn om nog verder te gaan.

//22:50
Een park vol beelden. Het is als een virtuele wandeling in het park, vol mysterieuze wezens.

//22:55
Het ervaren van een kunstwerk op verschillende posities.

//23:01
Het is een open veld. Ik kan alle kanten op ondanks dat het virtuele heel beperkt is. Maar in mijn gedachte kan ik overal bij.

//23:15
Herder, mijn kinderdroom. Tegenwoordig voel ik me verbonden met de heide. Er is overduidelijk iets overgebleven. Versmolten met de hei.

//23:19
Zittend en starend naar en door een uitgestrekt bos. Het ontvoerd je. Het voelt als een nostalgische wandeling. Verlangen naar toen.

//23:22
Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden. Aan het laden.

//23:28
Ik wilde bij een hoop dingen in de buurt komen, maar ik kwam er niet bij.

//23:31
Opzoek naar gekke uitsnede en composities.

//23:36
Veel spelfouten ontdekt en er op gaan letten.

//23:40
Het woordje ‘ook’ en ‘mooi’ komt vaak voor.

//23:42
Ik dwaalde af, de teksten die ik probeerde te lezen kwamen moeizaam binnen.

//23:46
Het menselijk lichaam is nog zichtbaar maar smelt zich om naar een surrealistisch, niet bestaand wezen.

//23:49
Ik stoor me aan de verengelsing.

//23:52
Ik kon de ruimte ruiken. Het voelde vertrouwd, alsof ik er vaker ben geweest.

//23:55
De plafond bekijken in de verschillende ruimtes.

//23:58
Het zien van iets prachtigs maar door een doorkijkje. Er moet altijd iets voor zitten. De omgeving, buiten het gene dat zo mooi is krijgt meer waarde.

//24:00
Finishlijn

Zin uit de tekst halen die mij toespreekt

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *